Op zondag 12 mei 2024 stond Martin van Geel voor de vierde keer in zijn leven met Willem II op de Heuvel. In 1979 was hij er als achttienjarig talent al bij toen de Tricolores promoveerden naar de Eredivisie. En in 1998 en 1999 vierde hij er als technisch directeur twee keer het bereiken van Europees voetbal. Maar zo intens en massaal als de viering dit jaar werd beleefd, had hij nog niet meegemaakt. ‘Ik ben heel gelukkig en dankbaar. De cirkel is rond.’
We gaan even terug in de tijd. Het is de nacht van 3 op 4 september 2023 als Martin van Geel de slaap niet kan vatten. Met 660 kilometer op de teller is hij met zijn vrouw Annet die avond aangekomen in het Franse Beaune, de tussenstop op weg naar hun lang gekoesterde vakantie. Eerder op die dag is de derby tussen Willem II en NAC bij een 0-3 achterstand gestaakt. Ondanks alle tegenslag zijn Martin en Annet na de wedstrijd tóch vertrokken voor een weekje Spanje. Hun volgepakte auto stond immers al gereed op de parkeerplaats van het Koning Willem II stadion. Maar de dramatische middag laat Martin maar niet los. ‘We keren om’, zegt hij als hij in het pikkedonker zijn bed uit stapt. ‘Dat had ik je al gezegd toen we vertrokken’, is de berustende reactie van Annet.
Slotfeest
Vergeleken met die slapeloze nacht in Beaune kan het contrast met het moment waarop dit interview plaatsvindt niet groter zijn. Het is the day after the night before, de maandag na de kampioenshuldiging op de Heuvel. Vanuit een skybox kijkt Martin van Geel tevreden uit over het lege veld. De confetti opgeruimd, de tribunes stil en verlaten. ‘Gisterenavond hebben we met het personeel, de staf en de selectie nog een fantastisch slotfeest gehad’, blikt Martin terug op zijn rood-wit-blauwe feestweekend. ‘De sponsorlunch, het bezoek aan hoofdsponsor AVEC, de huldiging op de Heuvel en het slotfeest in het stadion: het was allemaal fenomenaal georganiseerd. Vannacht heb ik tegen het personeel gezegd dat ze zelf maar moesten bepalen of en hoe laat ze vandaag naar kantoor zouden gaan. Maar toen ik vanochtend om 9 uur bij het stadion kwam, waren de mensen van de ticketing al weer druk aan het werk.’
Tropenjaren
‘Na de sluiting van de transferperiode had ik gehoopt een weekje naar Spanje te kunnen’, blikt Martin terug naar het begin van het seizoen. ‘Maar ik had natuurlijk naar Annet moeten luisteren. Algemeen directeur van een Betaald Voetbal Organisatie is geen vak maar een levenswijze, je bent het 24 uur per dag.’ Van de 29 jaar die Martin als bestuurder actief is in voetballerij waren de laatste vijf jaar zeker niet zijn makkelijkste. ‘De aankoop van het stadion is een pittig dossier geweest, we hebben de club door de coronaperiode gesleept en een 125-jarig jubileum gevierd’, somt hij enkele gebeurtenissen uit zijn tropenjaren op. ‘Op sportief vlak ben ik voor het eerst in mijn leven gedegradeerd. Daarna volgde een moeilijk eerste jaar in de Keuken Kampioen Divisie, waarvan we de erfenis meenamen naar het afgelopen seizoen.’
Handschoen
Terug van zijn afgebroken vakantie trof Martin een club aan die in brand stond. ‘Na de nederlaag tegen NAC was de situatie explosief, met het vertrek van Reinier Robbemond en Teun Jacobs tot gevolg. Om uit die situatie te komen heb ik toen de handschoen opgepakt om ook de technische portefeuille op me te nemen.’ Eerste prioriteit was het aantrekken van een nieuwe trainer. ‘Nadat Peter Maes was aangesteld hebben we gekeken wat we konden doen om de selectie te versterken. Met de verkoop van halve seizoenkaarten en de recettes van de bekerwedstrijd tegen FC Groningen en de wedstrijd van de Oranje Leeuwinnen tegen België kregen we een extra potje bij elkaar van ongeveer € 150.000. Daarmee konden we de contracten van Amine Lachkar en Khaled Razak verlengen en haalden we Rob Nizet uit België. Vervolgens was het aan Peter Maes en zijn staf en de selectie om Willem II terug de Eredivisie in te krijgen. Daar kun je als TD nog slechts een stimulerende en faciliterende rol bij hebben.’
Willem II-sjaal
Na de komst van Peter Maes klauterde Willem II uit het dal en kwam in een flow die uiteindelijk resulteerde in een kampioenschap. ‘Ik heb in korte tijd een hele hechte band met Peter opgebouwd’, aldus Martin. ‘Hij is de meest directe Belg die ik ooit heb ontmoet.’ Een intensieve samenwerking die ook op het persoonlijke vlak diepe indruk heeft gemaakt. ‘Middenin het seizoen ging het slecht met Peters vader. Hij heeft dat naar buiten toe niet zo laten merken, maar dat had natuurlijk wel impact op hem. In april is zijn vader overleden. Met Willem II-sjaal om zijn nek heeft hij Peter vanaf zijn sterfbed nog gemotiveerd om door te gaan met zijn missie om te promoveren. De dag na het overlijden stond Peter weer voor de spelersgroep.’
Stoeltje
Er waren dit seizoen maar weinig wedstrijden die Martin onbezorgd kon bekijken. ‘Annet zegt vaak tegen me dat ik me rustig moet houden, maar ik leef op de tribune nou eenmaal mee.’ Mogelijk dat Martin, voordat hij afscheid neemt als algemeen directeur, nog een factuur ontvangt uit Dordrecht. ‘Na de gemiste penalty van Hilterman tegen FC Dordrecht explodeerde ik. Dat ging helaas ten koste van een stoeltje. Bij de late gelijkmaker van Michael de Leeuw was er weer zo’n explosie, maar dan van vreugde. Die rekening van dat stoeltje betaal ik met plezier.’ Het mooiste moment van het seizoen? ‘Dan kom ik toch uit bij het doelpunt van Nick Doodeman, thuis tegen FC Groningen. De sfeer in het stadion was ongekend geladen. Vanaf het begin van de avond stond het publiek, van King Side tot en met eretribune, als één man achter de ploeg. Zoiets heb ik bij Willem II nog nooit meegemaakt. Dat doelpunt voelde als een enorme bevrijding. ‘We hebben een goal, we hebben een goal’, bleef ik maar schreeuwen tegen Annet.’
De reling van De Krommedijk
En dan was er ook nog een persoonlijk moment waarbij Martin zelfs nog tijdens het interview de ogen niet helemaal droog kan houden. ‘Terwijl de spelers na afloop van de wedstrijd in Dordrecht massaal naar het uitvak renden, liep ik vanaf de tribune naar beneden. Aan de rand van het veld stond Peter Maes, in zijn eentje achtergebleven. Toen waren Peter en ik even een ogenblikje samen. ‘Deze is voor je vader’, zei ik tegen hem. Daar, aan die reling langs het veld van De Krommedijk…misschien was dát wel mijn meest emotionele moment van de afgelopen weken.’
Volksclub
In de laatste maand van zijn directeurschap zal Martin vooral bezig zijn om zijn taken over te dragen aan zijn opvolgers Merijn Goris (AD) en Tom Caluwé (TD). ‘Ik laat hen achter met een fantastische club die van iedereen is. Willem II is een volksclub geworden met een grote emotionele en loyale betrokkenheid van veel mensen. Ook bij andere clubs worden de pieken en dalen extremer beleefd met meer emotie. Dat maakt besturen een enorme uitdaging. De kracht van dit seizoen is dat we het vooral samen hebben gedaan. Er was geen groepjesvorming. Spelers, technische staf, kantoormedewerkers, stewards, vrijwilligers, sponsors, supporters: iedereen heeft zijn steentje bijgedragen aan dit kampioenschap. Lies Oomen (sinds 1990 in dienst bij de financiële afdeling, red.) zei het gisterenavond laat nog tegen me: van al haar jaren bij Willem II was dit haar mooiste feest waar alle geledingen het echt samen vierden. Ik ben heel gelukkig en heel dankbaar dat ik op deze manier afscheid kan nemen. Op de Heuvel was voor mij de cirkel rond.’
Veld
Vanaf deze zomer zal Martin meer dan één club dienen. Als technisch manager van de Eredivisie CV zal hij verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling van de Eredivisie en de daarin uitkomende clubs. Ook in dat verband komt het goed uit dat Willem II nu één van die 18 Eredivisieclubs is. ’In mijn nieuwe functie zal ik veel wedstrijden bezoeken. In Nederland, maar ook in het buitenland. Ik zal ik dus nog regelmatig aanwezig zijn in Tilburg.’ Welk plekje in het stadion zal hij bij zo’n bezoek het meest koesteren? ‘Mijn meest geliefde plek in het stadion blijft het veld. Om daar te mogen hebben spelen blijft het mooiste dat ik ooit gedaan heb. Als ik het vandaag nog zou kunnen, zou ik het meteen weer doen.’
Bericht delen