Willem II neemt het woensdagavond in de eerste ronde van de KNVB Beker op tegen derde divisionist SC Genemuiden. Het Overijsselse stadje bereidt zich voor op een historische wedstrijd. ‘We trekken alles uit de kast. Je zult er versteld van staan.’

Sportpark De Wetering zal uitpuilen woensdag. Inclusief de 100 kaarten voor Willem II-supporters zijn er al 2300 kaarten in de voorverkoop verkocht. Op de wedstrijddag zelf zullen daar nog een paar honderd bijkomen verwacht Lubberts. ‘En dan zit het vol. Meer dan 3000 mensen kunnen we hier echt niet kwijt.’ Het stadion telt ruim 200 zitplaatsen, de rest van het publiek staat op verhogingen dicht rond het veld. ‘De Willem II-supporters worden hier goed in de watten gelegd’, belooft Lubberts. ‘Er is geen apart uitvak, de supporters staan door elkaar. We zijn een boerenclubje uit de provincie. We willen gewoon een mooie avond met z’n allen.’

Identiteit
SC Genemuiden, door de fans kortweg ‘Sportclub’ genoemd, speelde deze eeuw achtmaal een bekerwedstrijd tegen een club uit het betaald voetbal. Tweemaal wisten de amateurs te stunten: in 2006 won het van FC Omniworld (de voorloper van Almere City) na verlenging met 3-2. En in 2015 stootte het ADO Den Haag na strafschoppen uit de beker. ‘Dat was een historische avond. Die Behangkoning was er goed ziek van’, herinnert Lubberts zich nog. De ronde erna mochten de Groen-Witten aantreden in het Philips Stadion, waar PSV een paar maten te groot bleek: 6-0. 
 

Kleine spelersgroep
Dit jaar bereikten de amateurs na negen jaar weer eens het hoofdtoernooi van de beker, na twee minimale overwinningen op SV Meerssen (uit, 0-1) en ADO’20 (thuis 1-0). ‘De wonderen zijn de wereld nog niet uit’, zegt Lubberts. ‘Maar als ik zie waar we nu staan, geef ik ons weinig kans tegen Willem II. Vorig jaar streden we om promotie, nu vechten we met dezelfde spelersgroep tegen degradatie. Onze selectie is te smal, dat wreekt zich nu. De spelers kun je dat niet kwalijk nemen.’ Het bijzondere aan SC Genemuiden is dat het in de statuten heeft opgenomen dat een bepaald deel van de selectie uit eigen jongens moet bestaan. ‘We noemen dat gekscherend onze buitenlanderregel. Bij een selectie van 30 man mogen er maximaal 9 van buiten komen. Omdat we nu een kleine spelersgroep hebben, is dat maximaal 7. Zo behouden we onze identiteit en houden de supporters binding met de club.’

Op wie moeten we letten woensdag? ‘Berwout Beimers is een jongen van buitenaf. Een aanvallende middenvelder, die ook in de spits kan spelen. Rens van Benthem komt ook van buiten. Hij is een aanjager, een echte stofzuiger. Van de eigen jongens moet je Milan Drost en Gerben Kolk in de gaten houden. Helaas is Jens Jurn Streutker niet van de partij. Hij kreeg direct rood in het verloren duel tegen Sportlust ’46 en is geschorst. Daar baalt hij enorm van. Maar zijn broer Hidde doet wel mee, hij is onze keeper.’

Tapijtstad
Genemuiden ligt in Overijssel aan de rivier het Zwarte Water, heeft ruim 10.000 inwoners en heeft stadsrechten sinds 1275. Het strenggelovige stadje telt liefst vijf protestantse kerkgenootschappen. De Jachin en Boazkerk is met 1800 zitplaatsen een van de grootste kerken van Nederland.
Van oudsher was het vervaardigen van stoelzittingen en matten een belangrijke bron van inkomsten voor de stad. Na de Tweede Wereldoorlog werd overgeschakeld naar de productie van kokosmatten en vloerbedekking. De stad hield er de bijnaam ‘Tapijtstad’ aan over. Dat verklaart ook waarom in Genemuiden veel kunstgras voor sportvelden wordt geproduceerd. SC Genemuiden speelt uiteraard op een kunstgrasmat van lokale makelij. ‘Als ik even mag preken voor eigen parochie’, besluit Lubberts: ‘De mat die wij hier hebben is de beste van Nederland. Mensen die hier komen, zijn allemaal onder de indruk. Geen glimmend veld, geen zwarte korrels. Dit is echt het beste van het beste. Er is geen voetbalclub in Nederland met zo’n goed kunstgrasveld als wij, ook niet in het betaald voetbal. We zijn niet voor niets de tapijtstad van Nederland.’